Mijn man komt thuis met ijzeren buizen
onder zijn arm, gaat terug naar de auto en heeft nog
meer onderdelen bij zich.
“Wat is dat?”
“Een hometrainer.”
“Een wat?”
“Een hometrainer, je weet wel. Nu kunnen we fietsen.”
Ik slik verder protest in, omdat ik het meestal ben die spullen mee naar huis brengt, kleine schatten
van de talloze rommelmarkten die ik afschuim.
Een hometrainer.
Ik ben niet van plan om deze nieuwe hobby in mijn leven toe te laten.
Als ik fiets, wil ik koeien zien en liefst van al
aankomen op een zonnig terras langs het kanaal.
Maar de echtgenoot laat zich niet uit zijn lood slaan en
monteert de fiets onmiddellijk op de kamer van mijn zoon die het huis uit is.
En dan staat dat ding dagen na elkaar fiets te zijn.
Tot hij op een ochtend gedecideerd opstaat en naar boven loopt met een: “Ik ga fietsen.”
Een half uur en twaalf kilometer later, komt hij naar beneden.
Intussen is het een ritueel geworden: de krant, de fiets en de douche.
Intussen staat de teller op zestien kilometer en houdt hij vol.
Wie weet, kan ik hem de volgende zomer voorbij zien zoeven als ik op een terras zit om naar het water te kijken.
Een beetje solidair wil ik wel zijn.
Staat dat ding echt op bij jullie thuis ???
Paul zit misschien in een midlife crisis? 🙂 Pas maar op , binnenkort haalt hij nog andere ‘fitnessinstrumenten’ in huis. 🙂
Die fiets is er zeker gekomen om te oefenen zodat hij het tempo van ‘de mannen’ kan bij-benen ! Laat hem maar doen, het komt allemaal wel in orde.